WISKUNDE EN WERELDORIËNTATIE IV
 
Wordt gegeven in 2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs
3de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs, tweejarig SOV-programma voor bachelors of masters: 2e jaar
Hoorcollege [A] 15.0
Werkcollege [B] 15.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 15.0
Totale studietijd [D] 120.0
Studiepunten [E] 4
Niveau  
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Lieveke Maeseele
Referentie LCOWIJ02A00010
 
Trefwoorden
Wereldoriëntatie, geschiedenis, aardrijkskunde, natuurwetenschappen, wiskunde, aanvankelijk rekenen, didactiek, getallen, meten, meetkunde, problemen oplossen, lager onderwijs

Doelstellingen
*Wereldoriëntatie :
Studenten kunnen:
- leerlingen van een lagere school begeleiden in hun ontwikkeling om op een competente wijze te participeren aan het leven in de brede omgeving waarin zij zichzelf situeren. De klemtoon valt hierbij op de specifieke leerinhoud die hieronder wordt omschreven.
- leerlingen van een lagere school helpen bij het zich eigen maken van referentiekaders op het vlak van
         - kennis van en inzicht in zichzelf, hun omgeving en hun relatie tot die omgeving,
         - vaardigheden om in interactie te treden met die omgeving,
         - stimulansen om een positieve houding te ontwikkelen ten aanzien van zichzelf en die omgeving
- uiteenlopende vormen van klasmanagement en onderwijstechnieken toepassen opdat een uitdagende leeromgeving zou ontstaan
- kennis hebben van instrumenten en procedures ter ondersteuning van klaspraktijk
- op een efficiënte manier ICT implementeren in de lessen WO
- kennis en inzicht verwerven in de periodes van de geschiedenis die aan bod gekomen zijn

*Wiskunde:
Studenten kunnen:
- de doelstellingen m.b.t. een bepaalde les wiskunde in de verschillende handleidingen en leerplannen selecteren
- wiskundeactiviteiten opmaken voor kinderen van de lagere school uitgaande van de specifieke vakdidactiek uit alle domeinen van wiskunde (i.h.b. breukendidactiek, didactiek problemen oplossen)
- op een efficiënte manier ICT implementeren in de lessen wiskunde

Een meer gedetailleerde lijst van doelstellingen bevindt zich in de syllabussen.

Leerinhoud
De verschillende leerinhouden worden omgezet naar de leeftijd van lagere schoolkinderen, rekening houdend met de verschillende vakdidactieken.
Referentiekaders op het vlak van:
Natuurwetenschappen: vakdidactiek van de levende natuur ( mensen, dieren en planten ) en niet-levende natuur ( grondstoffen en fysische verschijnselen )
Mens: Dit behelst de mens als individu ( behoeften, gevoelens, zelfbeeld) en als sociaal wezen in intermenselijke relaties.
Maatschappij: Dit domein refereert naar sociaal-economische, politieke, juridische en naar sociaal-culturele verschijnselen, waarbij ook aandacht uitgaat naar interculturele communicatie.
Tijd,geschiedenis:
- het verloop van de geschiedenis vanaf de 16de eeuw tot en met de 19de eeuw
- didactiek: verder uitdiepen van een lesvoorbereiding en toepassen van werkvormen en bronnen
Ruimte,aardrijkskunde: dit geheel omvat de studie van het heelal en de didactische verwerking ervan naar de basisschool en een bezoek aan het planetarium Brussel.

Wiskunde
- Methodologische benadering van de verschillende domeinen van wiskunde voor de lagere school
- Gebruik van ICT in de lessen wiskunde

Begincompetenties
Eindcompetenties van de opleidingsonderdelen Wereldoriëntatie I en II en Wiskunde I en II.

Eindcompetenties
De eindcompetenties kunnen niet los gezien worden van de doelstellingen (zie hoger).
We verwijzen tevens naar het opleidingsprogramma voor leerkracht lager onderwijs en meer specifiek naar volgende competenties:

F.G.1: de leraar als begeleider van leer-en ontwikkelingsprocessen
1.1 De beginsituatie van de leerlingen en de klas kunnen achterhalen a.d.h.v. handleidingen en leerplannen
1.2 De doelstellingen kunnen kiezen en formuleren op basis van handleidingen, leerplannen en leerlijnen.
1.3 Leerinhouden kunnen selecteren
1.4 De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen structureren en vertalen in een samenhangend onderwijsaanbod.
1.5 De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen.
1.6 De leerkracht kan individueel en in team leermiddelen kiezen en bepalen.
1.7 De leerkracht kan een krachtige leeromgeving creëren met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep.
1.8. De leerkracht kan observatie en evaluatie voorbereiden.
1.9 De leerkracht kan observeren en het proces en product evalueren met het oog op bijsturing en remediëring en differentiatie

F.G.2: de leraar als opvoeder
2.3 De leerkracht kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden.
2.4 De leerkracht kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context.
2.6 De leerkracht kan het fysieke en geestelijke welzijn van de kinderen bevorderen

F.G.3: de leraar als inhoudelijk expert
3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis i.v.m. de leerinhouden, waaronder ten minste de OD en ET en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden WO en wiskunde en de leergebiedoverschrijdende thema's leren leren en sociale vaardigheden volgen.
3.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot leergebieden en vakgebieden aanwenden.
3.3 De leerkracht kan het eigen aanbod situeren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen.

F.G.4: de leraar als organisator
4.4 De leerkracht kan een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen.

F.G.5: de leraar als innovator- als onderzoeker
5.3 De leerkracht kan het eigen functioneren ter discussie stellen en bijsturen

F.G.7: de leraar als lid van een schoolteam
7.2 De leerkracht kan binnen het team over een taakverdeling overleggen en de afspraken naleven

F.G.10: de leraar als cultuurparticipant

Voorts beogen we volgende attitudes: beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid, leergierigheid, organisatievermogen, zin voor samenwerking, verantwoordelijkheidszin, creatieve gerichtheid, flexibiliteit en gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie.

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Handboek WO natuuronderwijs, atlas WO, atlas niveau secundair onderwijs en cursussen.
Cursus wiskunde
Ontwikkelingsdoelen en eindtermen voor het basisonderwijs
Leerplannen voor de basisschool
Beeldmateriaal van de elektronische leeromgeving MILE

Studiekosten
40 EUR aan cursussen en didactische uitstappen

Studiebegeleiding
Monitoraat in onderlinge afspraak
Individuele begeleiding na afspraak met de betrokken lectoren

Onderwijsvormen
Hoorcolleges, onderwijsleergesprek, taakgericht onderwijs, zelfstandig werk, geleide excursies, groepswerk en interactieve lessen.

Evaluatievorm
Inschrijven met een creditcontract is enkel mogelijk na toelating.
Diplomacontract, examencontract en creditcontract:
        
Eerste zittijd:
- periodegebonden mondeling examen voor de domeinen natuurwetenschappen,geschiedenis, aardrijkskunde, elk voor 20%
- periodegebonden mondeling examen wiskunde voor 40% van het totaal

Tweede zittijd:
- mondeling examen voor de domeinen natuurwetenschappen, geschiedenis, aardrijkskunde elk voor 20%
- mondeling examen voor wiskunde voor 40% van het totaal

Vanaf een score van 7/20 of minder voor een onderdeel van de cluster geldt die laagste score als cijfer voor het volledige opleidingsonderdeel.
Indien 2 onderdelen uit de cluster als onvoldoende beoordeeld worden, geldt het laagste deelcijfer als eindcijfer voor het opleidingsonderdeel.
Vrijstelling naar tweede zittijd per onderdeel uit de cluster waarvoor minimaal 10/20 behaald werd in eerste zittijd.


OP-leden
Linda Lampo
Hilde van Dooren
Muriel De Kestelier
Diane Boudringhien
Lieve Maeseele