Trefwoorden Etnisch-culturele Minderheden.
Doelstellingen Dit opleidingsonderdeel beoogt het ontwikkelen van een algemeen referentiekader van waaruit dit specifiek terrein en zijn doelgroepen zijn ontstaan.
Het Decreet inzake Etnisch-culturele Minderheden dd. 1998 dient als basis om de inhoud (driesporenbeleid en gedifferentieerd beleid) en de structuur (op federaal, Vlaams, provinciaal en lokaal niveau) te duiden.
De studie ervan is belangrijk om verbanden te zien tussen de theoretische grondslagen en de uitvoering in het werkveld (maatschappelijke reacties).
Als dusdanig expliciteren de studenten actuele problematieken in het werkveld en tonen ze aan dat ze bronnen en hulpmiddelen kennen om zich verder te bekwamen in diverse methodieken.
Het opleidingsonderdeel wil deze doelstellingen concreet vorm geven door volgende competenties uit het opleidingsprofiel te ondersteunen:
Beroepsspecifieke competenties
Sociaal werkers:
-1. Handelen vanuit een visie die steunt op een breed inzicht in de maatschappelijke werkelijkheid;
-2. Dragen bij tot de profilering en ontwikkeling van de professionele identiteit;
-3. Geven op methodische wijze vorm aan de sociaal-agogische processen in hun taakgebieden.
Algemene competenties
Algemene (generieke) competenties
-4. Het vermogen tot kritische reflectie;
-5. Denk- en redeneervaardigheid;
-6. Ingesteldheid tot levenslang leren.
Het opleidingsonderdeel sluit aan inhoudelijke aspecten uit de opleidingsonderdelen in:
Modeltraject 1
Inleiding op het Sociaal Werk;
Maatschappelijk Assistent in de Praktijk: Theoretische en praktische aspecten 1 en 2.
Modeltraject 2
Werkvelden Sociaal Werk;
Sociaal Werk: Sociologische en beleidsmatige visies;
Stage 1.
Het opleidingsonderdeel kan ondersteuning bieden aan wie binnen dit specifiek terrein en met deze doelgroepen stage loopt en hierrond een afstudeerproject maakt in modeltraject 3.
Leerinhoud De cursus bestaat uit drie delen :
Deel I: Algemene inleiding.
Historische Reconstructie;
Regelgeving;
Decreet van 25 april 1998;
Andere hulpverlenende organisaties.
Deel II: Minderheidsgroepen.
Migranten;
Vluchtelingen;
Woonwagenbewoners.
Deel III: Discussies binnen het werkveld, bekeken als sociale praktijk.
Begincompetenties Het opleidingsonderdeel steunt op:
Kennis en inzicht hebben in het beleid en de organisaties van het Sociaal Werk;
Kennis en inzicht hebben in de staatsstructuur;
Inzicht hebben in verschillende hulpverleningsmethoden en – technieken.
Eindcompetenties De competenties uit het opleidingsonderdeel vermeld in het luik 'doelstellingen' wordt integratief ondersteund door volgende eindcompetenties van het opleidingsonderdeel:
Op het niveau weten en inzien
De studenten:
- Onderscheiden met zin voor nauwkeurigheid de essentie tussen inhoud en structuur van het
Decreet inzake Etnisch-culturele Minderheden dd. 1998;
- Kenschetsen correct de bevoegdheidsconflicten van de overheid;
- Profileren op initieel professioneel niveau kennis en inzicht in de hulpverlening.
Op het niveau toepassen
De studenten:
- Hanteren correct de sociaal-agogische terminologie;
- Implementeren inzichtelijk de toegelichte theoretische kaders op cases.
Op het niveau integreren
De studenten:
- Belichten kritisch de actuele discussies;
- Formuleren zelf constructieve voorstellen naar verandering toe.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Cursus;
Lidmaatschap van de bibliotheek.
Studiekosten De kostprijs wordt geraamd op ongeveer 10 euro.
Studiebegeleiding Mentorschap.
Contactgegevens: zie item OP-leden.
Onderwijsvormen Hoorcollege;
Interactief hoorcollege (discussies);
Groepswerk.
Evaluatievorm Eerste zittijd
Volgende evaluatievormen worden gehanteerd in dit opleidingsonderdeel:
- Permanente evaluatie (25 % van de totale quotatie): groepswerk met reflectieopdracht;
- Productevaluatie (50% van de totale quotatie): bestaat uit een groepswerk rond een specifieke problematiek van de doelgroep en/of hulpverlening;
- Mondeling examen (25% van de totale quotatie): er worden drie vragen uit de theorie gesteld. Het examen richt zich op de volledige leerinhoud van dit opleidingsonderdeel.
Tweede zittijd:
- De beoordeling voor het deel permanente evaluatie kent geen deelvrijstelling: de beoordeling wordt overgedragen naar de tweede zittijd;
- Productevaluatie: op de feedback van de eerste zittijd kunnen de afspraken hierrond opgehaald worden bij de lesgever;
- Gelijkaardig mondeling examen als in de eerste zittijd.
OP-leden
|
|