OPENBARE RUIMTE I
 
Wordt gegeven in 1st jaar Bachelor in de beeldende kunsten - afstudeerrichting: multimediale vormgeving
Hoorcollege [A] 0.0
Werkcollege [B] 48.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 48.0
Totale studietijd [D] 250.0
Studiepunten [E] 10
Niveau  
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Wouter Decorte
Referentie ABBKUM01A00012
 
Trefwoorden


Doelstellingen
Het opleidingsonderdeel vrije vormgeving I vormt samen met geactiveerde ruimte I en openbare ruimte I het ateliertraject van de het 1e bachelorjaar binnen de afstudeerrichting multimediale vormgeving. De student volgt elk van deze ateliers. Vanaf tweede bachelor kiest de student voor twee van deze ateliertrajecten.
In het opleidingsonderdeel "openbare ruimte" worden de competenties verworven voor het ontwerpen van voorwerpen en installaties die zich bevinden in het grensgebied tussen vrije kunst en architectuur en die verband houden met 'openbaarheid' en/of 'publieke gebruikers'. In het opleidingsonderdeel "openbare ruimte" overschrijden we de autonomie van de kunst.
De studenten krijgen door de kans zich te ontplooien i.f.v. de basis aspecten van de beeldende kunst alsook de elementaire kennis en methode van werken in de productontwikkeling. Het genereren van ideeën alsook het kunnen bedenken van een uitvoerbaarheid, een realisatie, identiteit, karakter evenals het bedenken van praktische oplossingen voor functionaliteit en gebruikscomfort is hierbij van belang.

Leerinhoud
Centraal in dit atelier staat de initiatie in het ontwerpproces en het ontwerpen. In de realisatie van beeldend werk, voorwerpen en installaties worden in deze initiërende module volgende inhouden centraal gezet:
1) Initiatie ontwerpmethodologie en specifiek Ontwerpmethodologie van Verhaert.
2) Theorie en praktijk van vormbeginselen; zowel ten aanzien van gedragstypische, prototypische en oplossingtypische kenmerken.
3) Basisbeginselen van Sensoriële, Cognitieve en Fysieke ergonomie.
4) Ontwikkeling van eigen ontwerpwijzen binnen een artistiek-technische context.
5) Het stimuleren van reflectie en het ontwikkelen van een eigen visie. Dit gebeurt onderandere via minigroepsgesprekken.

Begincompetenties
Begincompetenties worden getoets op de toelatingsproef.

Eindcompetenties
Kerncompetentie 1:
De complexiteit van ''vorm-thema'' kunnen analyseren en verwerken in een beeldende interpretatie.
Verschillende media kunnen onderscheiden.

Kerncompetentie 2:
Principes van de productontwikkeling kunnen toepassen in het creatieproces van een eigen werk.
Functies kunnen uitdenken en in verband kunnen brengen met autonome beeldende expressie.
Persoonlijke beeldtaal kunnen ontwikkelen.

Kerncompetentie 3:
Verscheidene alternatieven met elkaar kunnen vergelijken en uitvoeringswijzen kunnen beoordelen i.f.v. de realisatie van een beeldend werk.

Algemene competentie: Creativiteit:
Ideevinding kunnen toepassen binnen een vooropgesteld thema.
De beperktheden van een uitvoering kunnen aanwenden als voordeel van een expressievorm.
Schetsmatig kunnen ontwerpen.

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Verhaert, P., 'Praktijk van de Productontwikkeling', ACCO Leuven, 1998;
Jones, J.C., 'Design methods', Van Nostrand Reinhold, New York, 1992;
Baelus Chris, Adelheid Vanhecke, Eva Schoenmakers, Kristof Vaes, Johan Van Mol, Paul Verhaert, Karen Sprengers, Stijn Vranken, Jan Corremans, " New-Pic, focus on product innovation ", CD ROM, D.Science Lab, Design;
Hans Dirken, Productergonomie, Ontwerpen voor gebruikers, Delft University Press, 2001;
Jan Corremans, Basistechnieken voor de produktvormgever, Lemma, 2003
Wim Muller, Vormgeven, ordening en betekenisgeving, 2002
Literatuurstudies en catalogi.
Tekenkundige en technische basistechnieken.

Studiekosten
Maquettemateriaal: 30€
Materiaalkoffer

Studiebegeleiding
Dokeos, elektronische leeromgeving.
Steeds de mogelijkheid om met de betrokken docent af te spreken.

Onderwijsvormen
Artistiek werkatelier met opdrachtvorm.
Oefeningen: Begeleide oefeningen en gezamenlijke workshops, overleg en discussie in kleine groepen.
Stimuleren creatief potentieel van de student via individuele gesprekken en groepsgesprekken.

Evaluatievorm
Afzonderlijke beoordeling door een jury in het midden van het jaar: 1/3 van de punten en op het einde van de lessenreeks: 2/3 van de punten.
Dagelijks werk.
Algemeen:
- Verplichte deelname aan de onderwijs- en studieactiviteiten.
- Werkstukken moeten op vastgestelde data worden ingediend of gepresenteerd. Bij wettige afwezigheid van de student moeten de werkstukken door iemand anders worden ingediend.
- Evaluatie tijdens de 1ste examenperiode, geen 2de zittijd.
- Examencijfer van de 1ste examenperiode blijft behouden in de 2de examenperiode.

OP-leden