Trefwoorden h000-menswetenschappen, h00x-kunst
Doelstellingen De student neemt vier theoretische seminaries op, afhankelijk van de theoretische behoeftes die hij/zij ondervindt tijdens zijn studietraject, vanuit zijn artistieke praktijk en zijn theoretische interesses.
De theoretische seminaries zijn opgenomen in het masterprogramma als specifieke leervorm waarbij theoretische inhouden binnen een flexibele en open werkvorm worden overgedragen, met ruimte voor interventie van studenten en dialoog.
Theoretische seminaries worden gedragen vanuit het artistieke en het theoretische onderzoek lopend aan het KASK, zodat de student te maken krijgt met probleemgerichte en thematisch opgezette seminaries.
Leerinhoud Elk seminarie vormt binnen dit opleidingsonderdeel een leereenheid.
Een seminarie is
probleem- en onderzoeksgericht.
Het is thematisch van opzet en niet overzichtsgericht.
Inhoudelijk staan de theoretische seminaries in de master open voor allerhande onderwerpen
en thema’s gelinkt aan de studiegebieden van de beeldende en audiovisuele kunsten.
De
specifieke focus van een seminarie vertrekt vanuit het onderzoek van de docent.
Grenzen van
artistieke disciplines kunnen daarbij overschreden worden.
Het seminarie geeft een geschakeerd en gelaagd beeld van de kunst van de jaren 80 en
zal daartoe onder meer vertrekken van tentoonstellingen, boeken, teksten en films die
zelf al een visie op de jaren 80 formuleren.
Zo vonden recentelijk enkele
tentoonstellingen plaats die terugblikten op de kunst van de jaren 80: Flashback –
Revisiting the Art of the 80s, Museum für Gegenwartskunst, Basel, 2005-2006; The
Eighties, Museu Serralves, Porto, 2006; Kavalierstart. Aufbruch in die 80er Jahre,
Museum Morsbroich, Leverkusen, 2008; en een tweedelige tentoonstelling bestaande uit
Espèces d’espace. Les années 80 – premier volet (2008-2009) en Images &
(re)présentations. Les années 80 – second volet (2009) (Le Magasin, Grenoble).
Tentoonstellingen die terugkijken op de jaren 80 confronteren we met tentoonstellingen
die in de loop van de jaren 80 een beeld geven van de contemporaine kunst die op dat
moment nog volop in ontwikkeling is.
Een andere laag in dit kaleidoscopische beeld van
de jaren 80 vormen de films van documentairemaker Jef Cornelis, die van 1963 tot 1997
een uniek oeuvre van internationale allure heeft gerealiseerd.
Daarbij heeft Cornelis
enkele mijlpalen van de tentoonstellingsgeschiedenis van de jaren 80 in beeld gebracht,
zoals Chambres d’Amis (Gent, 1986), Sonsbeek 86 (Arnhem, 1986) en Skulptur Projekte
(Münster, 1987).
Verder zullen ook cruciale boeken (zoals Hunger nach Bildern van
Wolfgang Max Faust uit 1982 dat de revival van de nieuwe schilderkunst inleidt) en
teksten (Pictures uit 1979 van Douglas Crimp) worden besproken.
Het is daarbij uiteraard
de bedoeling om naast de genoemde films, teksten, boeken en tentoonstellingen ook in
te gaan op de kunst van de jaren 80 zélf.
De aanpak van het seminarie maakt er ons
evenwel bewust van dat een objectief beeld van een historische periode niet bestaat en
dat dit des te meer geldt voor de jaren 80, gezien de actieve rol die critici en
tentoonstellingsmakers beginnen te spelen in de contextualisering en beeldvorming van
de kunst.
Ten slotte wordt in de marge van het seminarie ook ingegaan op vragen als:
wat gebeurt er als we over ‘de kunst van de jaren 80’ spreken – en de kunst dus opdelen
in decennia.
En wat is er sinds de jaren 80 veranderd?
Wat kunnen kunstenaars geboren
op het einde van de jaren 80 van de kunst van de jaren 80 leren?
Begincompetenties Het is zéér wenselijk dat de student de competenties van de bacheloropleiding (beeldende kunsten of audiovisuele kunsten) heeft verworven.
Eindcompetenties - De student kan op een gefundeerde wijze mee denken en reflecteren ten aanzien van een wetenschappelijk en/of artistiek onderzoek.
- De student toont het vermogen tot originaliteit en creativiteit in het uitbreiden van zijn kennis en in het komen tot inzichten.
- De student geeft aan wat de meerwaarde kan zijn van een samenwerking die artistieke disciplines overschrijdt en kan die meerwaarde tevens mee realiseren in een multidisciplinaire omgeving.
- De student bezit een gevorderd begrip van en inzicht in wetenschappelijke en/of artistieke kennis eigen aan een bepaald domein binnen de beeldende en/of audiovisuele kunsten.
- De student heeft inzicht in de nieuwste kennis van een specifiek gebied hierbij en kan onderzoek hierin volgen en interpreteren.
Leermaterialen ::Voor meer informatie, klik hier:: Leermaterialen zijn afhankelijk van het gekozen seminarie.
Catalogi van de betreffende tentoonstellingen.
Teksten uit de jaren 80 over de kunst van
de jaren 80…
Essays over de periode geschreven tussen de jaren 80 en nu. Films van
Jef Cornelis over kunstenaars en tentoonstellingen van de jaren 80.
Studiekosten
Syllabus wordt ter beschikking gesteld vanuit de ateliergelden.
Student zorgt zelf voor aanschaf van eventuele handboeken.
Studiebegeleiding Er is steeds de mogelijkheid tot een individuele afspraak met de betrokken docent.
Onderwijsvormen Theoretische uiteenzettingen, groepsdiscussies.
Naar gelang de aanwezigheid van een
gastdocent kan een seminarie ook in een andere taal verlopen.
Hoorcollege met veel (film)beeld-, tekst- en vergelijkingsmateriaal.
Evaluatievorm Voor elke leereenheid geldt standaard (tenzij anders afgesproken door docent):
een mondeling examen, eventueel voorbereid door middel van een paper.
Tweede zittijd mogelijk.
Verplichte deelname van de studenten aan de onderwijsactiviteiten.
Een praktische oefening als toepassing van de stof.
Precieze vorm nog te bepalen.
OP-leden
|
|