MUZISCHE VORMING I
 
Wordt gegeven in 1st jaar professionele Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs, tweejarig SOV-programma voor bachelors of masters: 1ste jaar
Hoorcollege [A] 44.0
Werkcollege [B] 34.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 0.0
Totale studietijd [D] 175.0
Studiepunten [E] 7
Niveau inleidend
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Marijke Van Hoorebeke
Referentie LCKLEI01A00003
 
Trefwoorden
muzische vorming: domein muziek, muzische vorming: domein beeld, muzische vorming: domein beweging, muzische vorming: domein drama, muzische vorming: domein media, lichamelijke opvoeding, blokfluit, muziek theorie, muzikale spelletjes, zingen, ritmische vorming, stemvorming, gehoorvorming, didactiek, technieken, beeldaspecten, bewegingsopvoeding voor kleuters, de voorbereiding van de activiteit, algemene bewegingsvaardigheden, geleid spel, ontwikkelingsdoelen muzische vorming, ontwikkelingsdoelen lichamelijke opvoeding, koor, muzische stage

Doelstellingen
Kennis en inzicht hebben in de ontwikkelingsdoelen van muzische vorming en lichamelijke opvoeding van het kleuteronderwijs
Praktijkgerichte uitwerking geven aan de ontwikkelingsdoelen van muzische vorming en lichamelijke opvoeding van het kleuteronderwijs

Volgende doelstellingen zijn gerelateerd aan de ontwikkelingsdoelen muzische vorming en lichamelijke opvoeding en ontwikkelingsdoelen van het kleuteronderwijs:

Overkoepelende doelstellingen muzische vorming en lichamelijke opvoeding:
- kennis en inzicht verwerven in de ontwikkelingsdoelen van muzische vorming en lichamelijke opvoeding.
- zich openstellen voor nieuwe muzische ervaringen;
- clichédoorbrekend werken;
- expressieve en creatieve houding ontwikkelen;
- respect hebben voor elkaar;
- creatief gedrag ontwikkelen;
- procesmatig werken;
- bereid zijn om te experimenteren en clichédoorbrekend te werken;
- zich uiten in en experimenteren met de verschillende domeinen van de muzische vorming;
- kunnen de kennis en vaardigheden verworden tijdens de lessen aanwenden bij het maken van taken en opdrachten

Specifieke doelstellingen muzische vorming domein MUZIEK:
• Informatie mbt het zelf maken van muziekinstrumenten opzoeken en kritisch hanteren.
• Aan de hand van deze informatie een koffer met zelfgemaakte muziekinstrumenten, een kokerpopje en een blokfluitjasje ifv het musiceren met kleuters samenstellen.
• Inzicht verwerven in de basis van muziektheorie.
• Vaardigheden ontwikkelen mbt eigen stemvorming, melodische vorming ,gehoorvorming, ritmische vorming. Stemvorming , zingen en gehoorvorming op eigen niveau verder ontwikkelen ahv koorzang.
• Onderzoeken van de relatie muziek-beweging .
• Kleuterliedjes correct zingen en hierbij expressief bewegen.
• Kleuterliedjes correct op blokfluit spelen.Vaardigheden ontwikkelen mbt het bespelen van eenvoudige ritmische instrumenten.
• Vanuit eigen ervaringen bij het ontwikkelen van vaardigheden het belang inzien van gehoorvorming,melodische vorming, stemvorming , ritmische vorming, muziek en beweging bij kleuters.
• Vanuit observatie van muziek in de kleuterklas het belang inzien van eigen muzikale vorming en ontwikkeling.(OD MVDM 2.1,2.2,2.3,2.4 en 2.5)(OD MV 6 attitudes 6.1 en 6.3)(OD LO 1.6 , 1.22 en 2.4)(OD MV beweging 4.1 en 4.4)(OD MV media 5.2)

Specifieke doelstellingen muzische vorming domein BEELD:
• Inzicht verwerven mbt tot leerervaringen binnen concrete situaties met kleuters.
• Inzicht hebben in typische werkvormen bij specifieke doelen van de beeld activiteiten OD MV B 1.4
• Leren gebruik maken van beeldmateriaal om opdrachten te verduidelijken
• Inzicht hebben in de beeldaspecten en de morfologie van de beeldtaal begrijpen. Beelden analyseren adhv de beeldaspecten en met de beeldaspecten als leerinhoud een activiteit organiseren.
• Verschillende technieken bij beeldende expressie toepassen zowel 2D als 3D. Bereid zijn om te experimenteren en clichédoorbrekend te werk te gaan. (OD MV beeld 1.1, 1.2, 1.3, 1.4, 1.5) (OD MV attitudes 6.1, 6.2, 6.3, 6.4 en 6.5)

Specifieke doelstellingen muzische vorming domein BEWEGING:
Kennismaken met en ontwikkelen van vaardigheden muzische vorming beweging op eigen niveau. (OD MV beweging 4.1, 4.2, 4.3, 4.4, 4.5, 4.6) (OD MV attitudes 6.1, 6.2, 6.3, 6.4 en 6.5)

Specifieke doelstellingen muzische vorming domein DRAMA:
Kennismaken met en ontwikkelen van vaardigheden muzische vorming drama op eigen niveau (OD MV drama 3.1,3.2, 3.3 en 3.4) (OD MV attitudes 6.1, 6.2, 6.3, 6.4 en 6.5)

Specifieke doelstellingen muzische vorming domein MEDIA:
Kennismaken met en ontwikkelen van vaardigheden muzische vorming media op eigen niveau (OD MV media 5.1,5.2, 5.3 en 5.4) (OD MV attitudes 6.1, 6.2, 6.3, 6.4 en 6.5)

Specifieke doelstellingen LICHAMELIJKE OPVOEDING:
• Tijdens de taakweken een observatieopdracht in de kleuterklas kunnen invullen en verwerken.
• De administratieve gegevens op het voorbereidingsblad correct kunnen invullen.
• Via bevraging en aan de hand van het document ‘observatie didactische beginsituatie’ de didactische beginsituatie van zowel de individuele kleuter als van de groep in bewegingssituaties kunnen achterhalen.
• Een bruikbare didactische beginsituatie kunnen samenstellen en discreet formuleren waarbinnen het fysieke, psychomotorische, cognitieve en sociaal affectieve aan bod komt.
• Relatie inzien tussen het vaststellen van de didactische beginsituatie en het selecteren van de doelstellingen van de activiteit.
• Inzicht hebben in de ontwikkelingsdoelen.
• De relatie inzien tussen de ontwikkelingsdoelen en de doelstellingen van de activiteit.
• Correct een concrete doelstelling van de activiteit kunnen formuleren waarbinnen het fysieke, cognitieve, psychomotorische en sociaal affectieve aan bod komt (=gedifferentieerde doelstellingen formuleren).
• Didactische kennis en inzicht verwerven in het verloop van een activiteit (instap (opwarming), kern (bewegingsactiviteit), slot (relaxatie)).
• Bij het uitwerken van een opgegeven bewegingsactiviteit vertrekken vanuit de ontwikkelingsdoelen en de didactische beginsituatie hierbij ook rekening houden met het beschikbare materiaal en de beschikbare ruimte.
• De hoofddoelstellingen van de bewegingsopvoeding en de doelstellingen van de activiteit kunnen opstellen en verwoorden.
• De verschillende mogelijke opstellingen en werkvormen kunnen verklaren en kunnen aanwenden.
• De verschillende opstellings- en werkvormen kunnen kiezen in functie van de leeftijd, het ontwikkelingsniveau en de leefwereld van de kleuters.
• De didactische principes i.v.m. begeleiding en houding kennen en kunnen toepassen.
• De opdrachten in de voorbereiding schriftelijk kunnen formuleren in duidelijke vaktaal.
• De opdrachten in correcte taal kunnen inkleden en motiveren.
• Inzicht verwerven in de verticale en horizontale opbouw van bewegingsactiviteiten.
• Een juiste timing in het lesverloop plannen. Ervoor zorgen dat binnen deze timing steeds een opwarming, kern en relaxatie aan bod komen.
• Geschikt materiaal kunnen maken om tijdens een bewegingsactiviteit ABV te gebruiken.
• Verwerven van bewegings- en spelbagage voor kleuters deel 1.
• Inzicht verwerven in de opbouw van algemene bewegingsvaardigheden. (OD 1.1, 1.3, 1.4, 1.7, 1.8 en 1.11) (OD 3.10 en 3.11)
• Algemene bewegingsvaardigheden (rollen, gooien en vangen) kunnen aanbieden binnen verschillende organisatievormen (omloop, golven, posten) gebaseerd op de veiligheid en de mogelijkheden van de kleuters. (OD 1.5)
• Algemene bewegingsvaardigheden (rollen, gooien en vangen) kunnen aanbieden binnen verschillende organisatievormen (omloop, golven, posten) gebaseerd op de veiligheid en de mogelijkheden van de kleuters. (OD 1.24 en 3.7)
• Actieve deelname aan ‘kleuterboemeldag’ georganiseerd door Stichting Vlaamse Schoolsport (OD MV beweging 4.1)

Een gedetailleerde lijst met doelstellingen is terug te vinden in de syllabi van de verschillende onderdelen

Leerinhoud
Wordt afgestemd op de ontwikkelingsdoelen muzische vorming en lichamelijke opvoeding

MUZIEK:
- muziektheorie;
- gehoorvorming;
- stemvorming;
- zingen;
- ritmische vorming;
- didactiek;
- blokfluit;

BEELD:
- doelgericht kiezen van en omgaan met materiaal en materieel;
- waarnemingstekenen;
- kleurleer;
- tweedimensionale realisaties in verschillende materialen;

MEDIA:
- onderzoek naar eenvoudige mogelijkheden met audiovisuele middelen
DRAMA:
vaardigheden en technieken drama
BEWEGING:
vaardigheden en technieken dans en beweging

LICHAMELIJKE OPVOEDING:
- structuur van de bewegingsactiviteit;
- algemene bewegingsvaardigheden en gymnastiek;
- experimenteren met tuigen;
- geleid spel;



Begincompetenties
Eindtermen secundair onderwijs

Eindcompetenties
Verwijzend naar decretaal vastgelegde algemene competenties en de algemene beroepsgerichte competenties en de beroepsgerichte competenties meer bepaald de basiscompetenties voor ‘de Professionele Bachelor in Onderwijs: kleuteronderwijs’ wordt voornamelijk gewerkt aan: :

Algemene competenties:
- denk- en redeneervaardigheid
- het verwerven en verwerken van informatie
- creativiteit

Beroepsspecifieke competenties:
Functioneel geheel 1 - De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen
1.1 De leerkracht kan de beginsituatie van de kleuters en de groep achterhalen.
De leerkracht kan :
        1.1.1 in overleg met teamleden of externen, zowel individuele kindkenmerken als kenmerken van de groep achterhalen;
De ondersteunende kennis omvat de kindkenmerken en de kenmerken van de groep en werkwijzen om die te achterhalen.
1.2 De leerkracht kan doelstellingen kiezen en formuleren.
De leerkracht kan :
        1.2.1 bij het kiezen en formuleren van doelen de mogelijkheden van de kleuters als referentiepunt nemen;
        1.2.2 gedifferentieerde doelen formuleren;
        1.2.3 bij het kiezen en formuleren van doelen gebruikmaken van onder meer ontwikkelingsdoelen, ontwikkelings- en leerlijnen, een geselecteerd leerplan en het schoolwerkplan;
        1.2.5 doelstellingen concreet en operationeel formuleren.
De ondersteunende kennis omvat de eindtermen en ontwikkelingsdoelen, de krachtlijnen van het leerplan in kwestie, het concept 'schoolwerkplan' en het proces van handelingsplanning, evenals de techniek van formulering van doelstellingen.
1.3 De leerkracht kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren.
De leerkracht kan :
        1.3.3 een situatie die zich voordoet, omzetten in een leerervaring;
        1.3.4 leer- en ontwikkelingskansen benutten vanuit de interactie met de kleuter.
De ondersteunende kennis omvat de voor het ontwikkelingsaanbod geschikte informatiebronnen en materialen.
1.4 De leerkracht kan leer- en ontwikkelingskansen structureren en vertalen in een samenhangend onderwijsaanbod.
De leerkracht kan :
        1.4.1 de horizontale en verticale samenhang vorm geven en bewaken;
De ondersteunende kennis omvat de inhoudelijke opbouw van en de samenhang binnen en tussen diverse ontwikkelingsgebieden en praktijkvoorbeelden van omgaan met meertaligheid.
1.5 De leerkracht kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen.
De leerkracht kan :
        1.5.1 aangepaste werkvormen kiezen en ze afstemmen op de doelstellingen;
        1.5.2 gepaste groeperingsvormen kiezen;
        1.5.4 zijn aanpak differentiëren als dat nodig is.
De ondersteunende kennis omvat diverse werk- en groeperingsvormen en combinaties daarvan, rekening houdend met een gedifferentieerde aanpak en met een kritisch gebruik van multimediale mogelijkheden.
1.6 De leerkracht kan individueel en in team ontwikkelingsmaterialen kiezen en aanpassen.
De leerkracht kan :
        1.6.1 informatie over ontwikkelingsmaterialen vinden, raadplegen en kritisch beoordelen, rekening houdend met de specifieke behoeften van de doelgroep;
1.11 De leerkracht kan het leer- en ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met en gericht inspelen op de diverse persoonlijke en maatschappelijke taalachtergronden van de kleuters.
De leerkracht kan :
        1.11.3 vragen, opdrachten en feedback mondeling, indien nodig ondersteund met visuele of andere ondersteuning, helder formuleren en herformuleren;
        1.11.4 via beeldtaal vragen en opdrachten helder formuleren;
        1.11.5 een korte heldere uiteenzetting geven, met integratie van visuele of andere ondersteuning, en alles, indien nodig, flexibel aanpassen;
De ondersteunende kennis omvat communicatiestrategieën voor taalgebruik in functionele situaties en methodieken voor taalondersteuning en taalgerichtheid in niet-taalvakken.

Functioneel geheel 3 - De leraar als inhoudelijke expert
3.1 De leerkracht beheerst de basiskennis van de leerinhouden, waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen, en hij kan recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Lichamelijke Opvoeding, Muzische Vorming, Nederlands, Wereldoriëntatie en Wiskundige Initiatie in het kleuteronderwijs volgen.
De leerkracht kan :
        3.1.1 zijn eigen deskundigheid op inhoudelijk terrein bevorderen.
De ondersteunende kennis omvat de inhoudelijke opbouw en de samenhang tussen de diverse leergebieden en de mogelijkheden van permanente vorming.
3.2 De leerkracht kan de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot de leergebieden op een geïntegreerde manier aanwenden.
De leerkracht kan :
        3.2.1 flexibel gebruik maken van domeinspecifieke kennis en vaardigheden in de pedagogisch-didactische aanpak. De ondersteunende kennis omvat de concepten, inhouden en structuren en methodes van het leergebied.

Functioneel geheel 4 - De leraar als organisator
4.2 De leerkracht kan een kindgericht dagverloop creëren, dat past in een korte- en langetermijnplanning.
De leerkracht kan :
De ondersteunende kennis omvat de diverse aspecten van kindaangepast tijdsmanagement en voor de leerkracht relevante planningsmethoden op korte en langere termijn.
4.4 De leerkracht kan een stimulerende en werkbare leefruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de kleuters.
De leerkracht kan :
        4.4.2 die ruimte ontwikkelingsondersteunend, aangenaam, functioneel en veilig inrichten.
De ondersteunende kennis omvat de kenmerken van een stimulerend en veilig milieu voor jonge kinderen.

Functioneel geheel 6 - De leraar als partner van de ouders of verzorgers (1)
6.1 De leerkracht kan zich informeren over en discreet omgaan met gegevens over het kind.
De ondersteunende kennis omvat elementen van deontologie met betrekking tot gegevens over kinderen.

Attitudes:
A1 Beslissingsvermogen
A2 Relationele gerichtheid
A3 Kritische ingesteldheid
A4 Leergierigheid
A5 Organisatievermogen
A6 Zin voor samenwerking
A7 Verantwoordelijkheidszin
A8 Creatieve gerichtheid
A9 Flexibiliteit
A10 Gerichtheid op correct taalgebruik en communicatie

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Informatiemap voor de onderwijspraktijk gewoon basisonderwijs: ontwikkelingsdoelen en eindtermen. Leerplannen van het kleuteronderwijs van GO en OVSG.

MUZIEK:
- degelijke blokfluit (Duitse boring)
- liedbundels
- cursus
- cd (examenliedjes)
- raadplegen van handleidingen en boeken in het leercentrum
- partituren koor

LICHAMELIJKE OPVOEDING:
- cursus didactiek en methodiek van de bewegingsopvoeding voor kleuters
- gymnastiekzaal met toebehoren
- video-opnames van bewegingsactiviteiten gegeven in de kleuterscholen
- cursus
- raadplegen van handleidingen en boeken in het leercentrum

BEELD:
- diverse tekenmaterialen: tekenblok A3 en A4 formaat, diverse papiersoorten
- raadplegen van handleidingen en boeken in het leercentrum

Studiekosten
MUZIEK:
leermaterialen: max. 70 euro

BEELD:
leermaterialen: max. 40 euro

LICHAMELIJKE OPVOEDING
leermaterialen: max. 10 euro

Muzische stage 150 EUR

Studiebegeleiding
Er is op donderdagnamiddag monitoraat voorzien.

MUZIEK
Er wordt in beperkte mate en op afspraak hulp voorzien (kleine groepjes)
Bij ernstige problemen ivm zangtechniek-stemgebruik wordt er doorverwezen naar hulp buiten de Hogeschool
BEELD
Techniekmap: individueel monitoraat op afspraak.

LICHAMELIJKE OPVOEDING
Wie geen 50 meter kan zwemmen moet hulp zoeken buiten LERA (in functie van muzische vorming 2)

Onderwijsvormen
Instructie, oefenen van praktische vaardigheden, probleemgestuurd werken, groepswerk, interactief werken, evaluatiemomenten, leergesprek, praktisch werk, taken, zelfstandig werk en begeleid zelfstandig werk, evaluatiemomenten

Evaluatievorm
Diploma- en Creditcontract:

Voor de eindbeoordeling van dit opleidingsonderdeel geldt het volgende:
- het gewogen gemiddelde voor alle partims
- bij 7/20 of minder voor één van de partims wordt er geen gewogen rekenkundig gemiddelde gemaakt voor de eindbeoordeling van het opleidingsonderdeel, maar wordt de eindbeoordeling / eindcijfer bepaald door de partim met het laagste cijfer.
Studenten die in de eerste zittijd niet slagen voor een partim, maar die in de 1e zittijd minimum 10/20 halen voor de andere partims hoeven daarvoor geen 2e zittijd te doen. Ze moeten echter wel een 2e zittijd doen voor de partims waar ze minder dan 10/20 haalden, zoniet krijgen ze de vermelding afwezig voor het hele opleidingsonderdeel.
Indien studenten voor twee of meer partims van de cluster niet geslaagd zijn, kunnen zij geen slaagcijfer krijgen voor de volledige cluster en behalen zij maximum 9/20

Absoluut noodzakelijke voorwaarden om te kunnen slagen zijn: 80% aanwezigheid voor koor. Wie hieraan niet voldoet heeft automatisch 7/20 voor het opleidingsonderdeel.
Absoluut noodzakelijke voorwaarden om te kunnen slagen zijn: verplichte deelname aan muzische stage. Wie afwezig is dient de stage in te halen. Bij afwezigheid of niet inhalen van de muzische stage, behaalt de student automatisch een afwezig voor het opleidingsonderdeel.

MUZIEK
Eerste zittijd:
- schriftelijk examen: theorie (25%)
- mondeling examen: praktische vaardigheden (70%)
- permanente evaluatie: taak (5%)
Tweede zittijd:
- schriftelijk examen: theorie (25%)
- mondeling examen: praktische vaardigheden (70%)
- vervangende taak (5%)

LICHAMELIJKE OPVOEDING
Eerste zittijd:
- schriftelijk examen 70%
- permanente evaluatie 30%
Tweede zittijd:
- schriftelijk examen: 70%
- permanente evaluatie 30% wordt overgeheveld van eerste naar tweede zittijd

BEELD
Eerste zittijd:
- permanente evaluatie 35%
- taken 35%
- techniekenmap: 30%
Tweede zittijd:
- taken 35%
- techniekenmap 30%
- permanente evaluatie 35% wordt overgeheveld van eerste naar tweede zittijd

verhouding van de onderdelen: Muzische vorming: domein muziek: 33.33%, Muzische vorming: domein Beeld: 33.33%, Lichamelijke opvoeding: 33.33%

Examencontract:
Inschrijven voor een examencontract kan enkel mits een bijkomende inschrijving met een diplomacontract.

OP-leden
Marijke Van Hoorebeke, Stijn Morand, Kaya Jakovits, Karen Clement, Jan Vuye, Elly van Hyfte