MUZIKALE OPVOEDING 1
 
Wordt gegeven in 1st jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, muzikale opvoeding
Hoorcollege [A] 73.0
Werkcollege [B] 81.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 73.0
Totale studietijd [D] 300.0
Studiepunten [E] 10
Niveau inleidend
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Annick Roelens
Referentie LCSOXX01K00040
 
Trefwoorden
Vakkennis en -vaardigheden: muziekleer (gehoorvorming, solfège, muziektheorie); geschiedenis van de westerse muziek ( en cultuurgeschiedenis); harmonie; creatief musiceren; koor; zangtechniek; piano; blokfluit; praktische harmonie; liedbegeleiding, Vakdidactiek en methodiek: zingen, musiceren en muziekbeluisteren.

Doelstellingen

1. Vakkennis- en vaardigheden:(7 studiepunten)
De student verwerft vaardigheden om de muziek in al haar facetten te begrijpen en te reproduceren:
-De student ontwikkelt inzicht in de evolutie en de stijlkenmerken van de westerse muziek- en cultuurgeschiedenis.
-De student ontwikkelt inzicht en kennis in de taal en de theorie van de muziek.
-De student verwerft een basistechniek die, zowel gericht is op het ontwikkelen en het vervolmaken van instrumentale en vokale vaardigheden, als op het stimuleren van de creativiteit.
2. Vakdidactiek en methodiek.(3 studiepunten)
De student ontwikkelt didactische en methodologische vaardigheden om musiceer- en luisterlessen voor te bereiden en te geven.

De studentontwikkelt creatieve vaardigheden
Een gedetailleerde lijst van de doelstellingen is te vinden in de syllabus.

Leerinhoud
1. Vakkennis-vaardigheden (7 studiepunten):
Domein1 Praktische vaardigheden: piano, praktische harmonie, liedbegeleiding, zang, koor en blokfluit (2,5 stp)
verwerven van onderstaande basivaardigheden:
piano:
- correcte houding
-aanslag
-legato-staccato
-onafhankelijkheid van de handen
-positiewijzigingen
-toonladders-akkoorden
-correct pedaalgebruik
liedbegeleiding:
-eenvoudige begeleidingen kunnen maken met de grondakkorden I-IV-V
-geschikte voor-tussen-naspelen kunnen realiseren
-eenvoudige notenleerlesjes kunnen begeleiden
zang:
-ademtechniek
-lichaamshouding
-intonatie
praktische harmonie
-drieklanken in grondligging, in octaaf- terts-en kwintligging in alle toonaarden
-verbindingen I-IV-I en I-V-I in toonaarden tot en met 3 wijzigingstekens
-verbindingen I-IV-V-I in toonaarden tot en met 3 wijzigingstekens
koor
-vanuit een meerstemmig koorwerk de eigen zangpartij op een muzikaal verantwoorde manier uitvoeren
-stemapparaat op correcte manier gebruiken
-vocale expressie
blokfluit
-delen van de blokfluit
-historiek van de blokfluit
-blokfluitfamilie
-juiste speelwijze en techniek
-verzorging en hygiëne
-spelen van eenvoudige liederen en speelstukjes
-opbouwen van een muzikaal en pedagogisch repertoire.
Domein 2 Muziektheorie: muziek - en cultuurgeschiedenis, muziekleer en harmonie (4,5 stp)
muziekleer:
-partituurlezen en intoneren
-gehoorvorming
-ritmisch, melodisch en themadictee
-algemene muziektheorie: basistheorie van het toonsysteem, muzieknotatie, metrum en ritme, intervallen en toonladders
-praktische oefeningen
Muziek- en cultuurgeschiedenis:
- vakterminologie,
De prehistorie tot en met de Middeleeuwen:
Prehistorie:beeldende kunsten en architectuur; oudste muziekvormen.
Historie:
1. Mesopotamië
2. Egypte
3. Griekenland
4. Rome
5. Oost-Romeinse rijk
6. Vroeg-Christelijke kunst
7. Middeleeuwen
2. vakdidactiek en methodiek: voor 3 studiepunten
lieddidactiek
-repertorium opbouwen 1e graad secundair onderwijs
-liederen expressief en foutloos kunnen zingen
-liedanalyse kunnen maken
-duidelijke inzetten kunnen geven bij het zingen en dirigeren
-spelen met het lied
-stemvorming vanuit het lied
-microteaching

Begincompetenties
De eindtermen secundair onderwijs bereikt hebben.

Bij voorkeur : minimumniveau AMV L4 van het DKO.
Basiskennis piano is een meerwaarde


Eindcompetenties
De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen.
De leraar als opvoeder.
De leraar als inhoudelijk expert.
De leraar als organisator.
De leraar als innovator/onderzoeker.
De leraar als cultuurparticipant.
De leraar als lid van een schoolteam.
Attitudes: beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid, leergierigheid, organisatievermogen , zin voor samenwerking, verantwoordelijkheidszin, creatieve ingesteldheid, flexibiliteit, taalgebruik en communicatie, assertiviteit.
Een gedetailleerde lijst van de eindcompetenties is te vinden in de syllabi. De te bereiken eindcompetenties kunnen niet los worden gezien van de doelstellingen. (cfr. supra - zie ook syllabi).
In de syllabi wordt de relatie tussen de doelstellingen en inhouden van dit opleidingsonderdeel en het opleidingsprogramma Bachelor in het Onderwijs: secundair onderwijs geëxpliciteerd.


Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Handboeken, syllabi, liedbundels, partituren, CD’s, piano, sopraanblokfluit, Hifi-installatie, PC.

Studiekosten
Ca 500 euro



Studiebegeleiding
Individueel monitoraat op afspraak.
Permanente feedback

Onderwijsvormen
Hoorcolleges,werkcolleges, begeleid zelfstandig werk, zelfstandig werk met externe leeractiviteiten, demonstratielessen, micro-teaching, praktijkopdrachten, groepswerk, individueel onderricht.

Evaluatievorm
Een gedetailleerde lijst van evaluatiemodaliteiten is te vinden in de syllabi
1. Vakkennis-vaardigheden: voor 7 studiepunten
1.1 Praktische vaardigheden: (2.5 stp) piano, praktische harmonie, liedbegeleiding, zang, koor en blokfluit
Permanente evaluatie 100%; mogelijkheid tot 2e zit via opdracht gecombineerd met toonmoment.
1.2 Muziektheorie:(4.5 stp) muziek - en cultuurgeschiedenis, muziekleer en harmonie
Muziekleer (2stp) schriftelijk examen 40 % , mondeling 50% , permanente evaluatie 10%
Muziek-en cultuurgeschiedenis (2stp) schriftelijk examen 90 % , taken 10 %
Harmonie (0,5stp) permanente evaluatie 100 %
2 .Vakdidactiek en methodiek: voor 3 studiepunten Methodiek en Creatief musiceren
Schriftelijk examen 70 %
Mondeling examen 20 %
Taken 10 %
Voor examencontract:
Studenten dienen zich in te schrijven voor dit opleidingsonderdeel via een diplomacontract.
Studenten die in de 1e zittijd niet slagen voor het opleidingsonderdeel, maar in de 1e zittijd minstens 10/20 halen voor de onderdelen van de leerinhoud 1.1, en/of 1.2 hoeven daarvoor geen 2e zittijd te doen. ze moeten echter wel een 2e zittijd doen voor de onderdelen van de leerinhoud waarvoor ze minder dan 10/20 haalden, zoniet krijgen ze de vermelding "afwezig" voor het hele opleidingsonderdeel.
Algemeen: Voor de eindbeoordeling van dit opleidingsonderdeel geldt het volgende:
- het gewogen gemiddelde voor de 2 DOMEINEN en de partim vakdidactiek.
- bij 7/20 of minder voor één van de 2 DOMEINEN of voor vakdidactiek en methodiek, wordt er geen gewogen rekenkundig gemiddelde gemaakt voor de eindbeoordeling, maar wordt de eindbeoordeling/ eindcijfer bepaald door het domein of de partim met het laagste cijfer.

OP-leden
Catherine QUATACKER, Marie-Anne ROELENS, Hans SCHOLLIERS, Christine VAN ZANDIJCKE, Hilde EEMAN, Klaartje PANNIER, Jan VUYE.