NIET-CONFESSIONELE ZEDENLEER 3 EN DE PRAKTIJK
 
Wordt gegeven in 2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, algemene vakken
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, Voeding/verzorging
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, Handel - burotica
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, lichamelijke opvoeding
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, muzikale opvoeding
2de jaar professionele Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs, plastische opvoeding
Hoorcollege [A] 20.0
Werkcollege [B] 45.0
Begel. zelfst./extern werk [C] 58.0
Totale studietijd [D] 270.0
Studiepunten [E] 9
Niveau uitdiepend
Creditcontract? toelating nodig
Examencontract? toelating nodig
Onderwijstaal Nederlands
Titularis Hugo Durinck
Referentie LCSOXX02K00010
 
Trefwoorden
Kennis - Vaardigheden - Vakdidactiek en -methodiek - Praktijk in het onderwijsvak

Doelstellingen
Een gedetailleerde lijst van doelstelllingen is te vinden in de syllabi en voor de Praktijk in het onderwijsvak in het Reglement voor de praktijk 3° semester.

Vaardigheden en kennis ( 5 studiepunten):
Beheerst de vaardigheid om met enkele multimediale leeromgevingen te werken
Ontwikkelt, onderhoudt en verfijnt een basisgevoeligheid voor morele aspecten van het leven van persoon, groep, maatschappij en natuur.
Heeft inzicht in waardeopvoeding en levensbeschouwing, en documenteert zich hierover steeds verder.

Vakdidactiek en methodiek (2 studiepunten):
Raadpleegt toegankelijke resultaten van vakinhoudelijk en vakdidactisch onderzoek.
Beheerst de basisdidactiek voor zedenleer.
Oefent diverse ondersteunende technieken en hanteert diverse werkvormen.
Leert specifieke methodieken voor taalondersteuning en taalgerichtheid toepassen.
Kent en volgt de leerplannen.
Kan een verzorgde en uitgewerkte lesvoorbereiding maken.

Praktijk in het onderwijsvak en reflecteren (2 studiepunten):
- achterhaalt de beginsituatie van de klas a.h.v. een observatie van de klasorganisatie, de handelingen van de mentor(en) en a.h.v. gesprekken.
- brengt de heterogeniteit van de leergroep in kaart in overleg met de mentor.
- schrijft op basis van observatieopdrachten een gestructureerd verslag, of zet een geobserveerde les om in een gestructureerde schriftelijke voorbereiding.
- formuleert de doelstellingen concreet en operationeel (in een lesvoorbereiding).
- hanteert correct de begrippen en de structuur van de lesvoorbereiding.
- zorgt voor een logische structuur in een les(voorbereiding).
- past bij het uitwerken van een les het motivatieprincipe, het activiteitsprincipe en het aanschouwelijkheidsprincipe toe.
- begrijpt en gebruikt de specifieke vaktaal op een correcte wijze.
- beheerst de vakspecifieke leerinhouden voor de te geven lesopdrachten.
- gaat op correcte wijze om met administratieve schoolverplichtingen zoals het bijhouden van agenda, gegevens edm.
- werkt in samenwerking met collega’s (studenten) opdrachten uit (indien van toepassing).

Belangrijkste attitudes:
- houdt zich aan elementaire regels van de sociale omgangsvormen.
- vertoont stiptheid, administratieve correctheid naar mentoren en lectoren.

Leerinhoud
1 Vakkennis-vaardigheden (5 Stp)

Waarde en zingeving
Actualiteiten.
Studie van morele vraagstukken.

2 Vakdidactiek en methodiek (2 Stp)
-specifieke methodieken voor taalondersteuning en taalgerichtheid in dit onderwijsvak
-gebruik van bronnen en documentatiecentra; maken van lesvoorbereiding; werkvormen

3 Praktijk in het onderwijsvak (2 Stp.): een gedetailleerde lijst van de inhoud van de praktijk in het onderwijsvak is te vinden in het Reglement voor de praktijk 3° semester.

Begincompetenties
De competenties (en credits) verworven hebben (of ervoor gedelibereerd zijn) van het betreffende onderwijsvak van het 1° en 2° semester.

Eindcompetenties
De te bereiken eindcompetenties kunnen niet los worden gezien van de doelstellingen (cf. supra - zie ook syllabi en het Reglement voor de praktijk 3° semester).
Een gedetailleerde lijst van de eindcompetenties is te vinden in de syllabi en in het Reglement voor de Praktijk 3° semester.
In de syllabi wordt de relatie tussen de doelstellingen en de inhouden van dit opleidingsonderdeel en het opleidingsprogramma van de opleiding Bachelor in het Onderwijs: Secundair Onderwijs geëxpliciteerd.

Vaardigheden en ondersteunende kennis ivm competenties van de beginnende leraar:
begeleider van leer-en ontwikkelingsprocessen.
inhoudelijk expert.
organisator en lid van een (school)team.
Attitudes:
relationele gerichtheid
verantwoordelijkheidszin

Leermaterialen
::Voor meer informatie, klik hier::
Cursussen aangevuld met notities. Bundel 'Oosterse levensbeschouwingen'. Tijdschrift Prik

Studiekosten
ongeveer 10 Euro

Studiebegeleiding
De studenten kunnen gebruik maken van het monitoraat van de vakgroep mens- en maatschappijeducatie.
Mogelijkheid tot vraagstelling, aanwijzingen en nazicht voorbereidingen tijdens en buiten de les.

Onderwijsvormen
Hoorcollege, werkcollege, begeleid zelfstandig werk en zelfstandig werk met doceren, onderwijsleergesprek, spreekbeurtjes, groepsdiscussies, didactische oefeningen

Evaluatievorm
Een gedetailleerde lijst van evaluatiemodaliteiten is te vinden in de syllabi en in het Reglement voor de Praktijk 3e semester.

Voor diplomacontract en creditcontract:
1. Vakkennis - vaardigheden: voor 5 studiepunten
Mondelinge examen 40%
Permanente evaluatie 20%, 2e zittijd niet mogelijk.
Taken 40%
2. Vakdidactiek en methodiek: voor 2 studiepunten
Mondelinge examen 40%
Permanente evaluatie 20%, 2e zittijd niet mogelijk.
Taken 40%
3 Praktijk in het vak en reflecteren: voor 2 studiepunten
Permanente evaluatie: 100% Voor het partim 'Praktijk in het onderwijsvak' is geen tweede zittijd mogelijk
Voor examencontract: studenten met een examencontract dienen zich in te schrijven voor dit opleidingsonderdeel via een diplomacontract.
Studenten die in de eerste zittijd niet slagen voor het opleidingsonderdeel, maar die in de 1e zittijd minimum 10/20 halen voor de onderdelen van de leerinhoud 1 of 2 hoeven daarvoor geen 2e zittijd te doen. Ze moeten echter wel een 2e zittijd doen voor de onderdelen van de leerinhoud waarvoor ze minder dan 10/20 haalden, zoniet krijgen ze de vermelding afwezig voor het hele opleidingsonderdeel.

Algemeen: voor de eindbeoordeling van dit opleidingsonderdeel geldt het volgende:
-het gewogen gemiddelde voor alle partims
-bij 7/20 of minder voor één van de partims wordt er geen gewogen rekenkundig gemiddelde gemaakt voor de eindbeoordeling van het opleidingsonderdeel, maar wordt de eindbeoordeling/eindcijfer bepaald door de partim met het laagste cijfer.

OP-leden
Hugo DURINCK